Kunst in de openbare ruimte was een vrij gemakkelijk middel om de ideeën van de nationaalsocialistische partij over het land te verspreiden en indruk te maken. Het waren bijna altijd ‘perfecte’ beelden van vrouwelijk en mannelijk naakt, bedoeld als voorbeelden van het Duitse ‘supervolk’.
De belangrijkste beeldhouwers van het nazibeleid waren Arno Breker en Josef Thorak. Na de oorlog wilde niemand nog iets met ze te maken hebben. Bijna al hun openbare werk is vanaf toen zoekgeraakt, omgesmolten of verdwenen. Zoals ook de gigantische bronzen ‘paarden van Hitler’ van Thorak, die kunstdetective Arthur Brand in 2005 weer op het spoor kwam. In de tentoonstelling Kunst in het Derde Rijk is een kleinere versie hiervan te zien.
‘Kunst in het Derde Rijk’ is nog tot en met 14 april te zien.