Jelle Bouwhuis presenteert Van Links naar Rechts aan Vrienden

  • Door VVMA
  • 14 juni 2022
  • 0
  • 775 Views

Net als nu was er in de jaren dertig van de vorige eeuw sprake van een sterke politieke polarisatie. Enerzijds waren er ook onder kunstenaars aanhangers van het opkomende nationaalsocialisme en aan de andere kant van het spectrum waren er antifascistische, socialistische en communistische kunstenaars die zich, bewust van het dreigend gevaar, daar juist tegen afzetten. Opmerkelijk is dat juist veel van die kritische linkse kunstenaars in de vergetelheid zijn geraakt.

Conservator Jelle Bouwhuis, samensteller van de expositie Van Links naar Rechts, gaf in de eerste vriendenpresentatie in het vernieuwde museum boeiende en verhelderende achtergronden van de tentoonstelling. Als een van de voorbeelden noemde hij het schilderij Tijdsbeeld ’33-’34 van Harmen Meurs, een aanklacht tegen het nazisme. Dit schilderij zou worden tentoongesteld in het Stedelijk Museum, maar werd voor de opening van de tentoonstelling al door de directie verwijderd, omdat het de goede verstandhouding met Duitsland zou schaden. Meurs woonde tijdens de oorlog met zijn echtgenote, de Joodse Berthe Edersheim, bij Ermelo en heeft daar het schilderij uit veiligheidsoverwegingen vernietigd. Op de tentoonstelling is wel een levensgrote foto vn het doek te zien. Berthe Edersheim schilderde ook; zij was leerling van Charley Toorop en van haar is ondermeer het zelfportret uit 1932 te zien.

Het huwelijk van Meurs en Edersheim strandde en Berthe ging samenwonen met de schrijfster Josepha Mendels, wier zoon nog in leven is. Op diens zolder in Eindhoven trof Bouwhuis bijna het hele oeuvre van Edersheim aan:, honderden tekeningen en schilderijen, allemaal opgerold en niet in beste staat. Museum Arnhem kocht acht schilderijen en vier werken op papier aan en liet deze restaureren.

Na de oorlog zijn vooral de academische of ambachtelijke neo-realistische kunstenaars bekend gebleven, ook al kwamen zij soms uit de verkeerde kant van het politieke en maatschappelijke spectrum. Ook na de oorlog moest de Nederlandse kunstwereld niet veel hebben van ‘de communisten’ en de activistische kunstenaars hadden op hun beurt genoeg van de kunstwereld. Jelle Bouwhuis ging bij de samenstelling van de tentoonstelling vooral ook op zoek naar de rauwere, vrijere neo-realistische schilders, die het werkelijke leven in de jaren ’30 lieten zien.

Het was voor de dertig aanwezige vrienden boeiend om te horen hoe Jelle Bouwhuis de werken en kunstenaars in een duidelijke context plaatste. Dat gaf bij een afsluitende rondgang door de twee tentoonstellingszalen beslist een extra dimensie aan hetgeen daar is te zien.

In een video bespreken Jelle Bouwhuis, Saskia Bak en Mirjam Westen de tentoonstelling. Bekijk hem hier: